De werkruimte thuis
Een van de eerste vragen die ondernemers aan mij stellen als zij voor zichzelf beginnen is:” zijn de kosten van mijn werkkamer aftrekbaar?”. Een vraag die zich helaas niet zo snel laat beantwoorden, want de laatste jaren zijn de fiscale regels nogal eens veranderd.
Als een ondernemer een werkruimte elders huurt, dan zijn de kosten die met die ruimte samenhangen gewoon te boeken als zakelijke kosten. Maar hoe zit dat nu met die ondernemer die een kamer of de zolder in zijn eigen woonhuis gebruikt voor zijn activiteiten?
De eerste vraag die ik dan meteen terug stel is: ” ben je eigenaar van het pand of huur je het?” want de uitkomst van deze vraag is bepalend voor het antwoord.
DE WERKRUIMTE VAN DE EIGEN WONING ALS ZAKELIJK
Als eigenaar van het woonhuis, kan je beslissen om de werkruimte te activeren op je balans. Feitelijk maak je dan een administratieve splitsing van je pand in een deel dat zakelijk wordt gebruikt en een deel dat privé wordt gebruikt. Dit zakelijke deel moet dan voor de werkelijke waarde op de balans worden gezet en vanaf dat moment zijn alle kosten (ook de inrichtingskosten) die op dat deel betrekking hebben, zoals afschrijvingskosten, hypotheekrente en energiekosten gewoon aftrekbaar. Maar…. Als er met de onderneming gestopt wordt of de ruimte thuis wordt niet meer gebruikt omdat men toch elders ruimte gaat huren, dan moet er ook weer een waarde aan dit zakelijke deel worden toegewezen en valt het verschil in het resultaat van de onderneming. Dit betekent vaak dat er een boekwinst wordt gemaakt die behoorlijk in de cijfers kan lopen.
Stel dat de werkruimte geactiveerd is voor 50.000, er is 10.000 op afgeschreven, dan is de boekwaarde 40.000. Als de ondernemer dan stopt met zijn activiteiten en de werkruimte is 60.000 waard, dan betekent dit een boekwinst van 20.000. En daarover moet gewoon belasting worden betaald….
In deze tijd van economische crisis kan het ook gebeuren dat de werkruimte op dat moment nog maar 30.000 waard is. In dat geval is er geen boekwinst, maar een boekverlies van 10.000. En dat verlaagt dan weer de belastbare winst.
De keuze om de werkruimte wel of niet op de balans te zetten, kan gedaan worden tot uiterlijk het moment waarop de aangifte van het jaar waarin de werkruimte in gebruik is genomen onherroepelijk vast komt te staan. Dat betekent dat als de bezwaartermijn van die aanslag is verlopen, de keuze definitief is. Er kan dan niet op een later moment nog een andere keuze worden gemaakt.
DE WERKRUIMTE VAN DE EIGEN WONING ALS PRIVE
Behoort de werkruimte tot het privévermogen, dan zijn de kosten helaas alleen aftrekbaar als er aan een aantal behoorlijk strikte voorwaarden wordt voldaan. Allereerst moet de werkruimte kwalificeren als een zelfstandig onderdeel van de woning. Daarvan is sprake als je voor het gebruik van de werkruimte helemaal geen gebruik hoeft te maken van de faciliteiten van je eigen woning. Dus een eigen ingang/opgang en eigen sanitair en verhuurbaar aan derden. Dit wordt ook wel het zelfstandigheidscriterium genoemd.
Voldoet je werkruimte aan deze voorwaarde, dan ben je er helaas nog niet.
Want dan is er nog een voorwaarde aan het gebruik van de ruimte, het zogenaamde inkomenscriterium. Je moet namelijk 70% van je totale inkomsten in of vanuit die werkruimte verdienen en daarnaast moet je minimaal 30% van je werktijd in de werkruimte doorbrengen. Pas als aan al deze voorwaarden wordt voldaan, kunnen er kosten ten laste van het resultaat worden gebracht.
De wijze van berekening is bijzondere ingewikkeld. Het komt erop neer dat de werkruimte gewaardeerd moet worden en dat dit deel van de eigen woning in box 3 valt en niet meer onder de eigenwoningregeling. Dat betekent dus ook dat een deel van de hypotheeklast niet meer in box 1 aftrekbaar is. Enerzijds wordt dus een aftrekpost gecreëerd, maar je verliest ook een deel van de hypotheekrente. Vooral als er sprake is van een hoge hypotheek, kan deze regeling nadelig uitpakken. Het is dan ook verstandig om allereerst te overleggen met je belastingadviseur of deze regeling wel of niet moet worden toegepast.
DE HUURWONING
Als de ondernemer geen eigen woning heeft, maar woonachtig is in een huurwoning, dan zijn er ook voor hem aftrekmogelijkheden. Deze berekening daarvan is echter totaal verschillend van die van de werkruimte in de eigen woning.
Als je in totaal meer dan 10% van het totale woonoppervlakte van de woning zakelijk gebruikt als ondernemer, dan mag je er voor kiezen het huurrecht van de woning, als ondernemingsvermogen aan te merken. Dit heeft tot gevolg dat de totale huurlasten van de woning in aftrek kunnen worden gebracht. Daar staat tegenover dat je voor het deel van de woning dat niet zakelijk, dus privé wordt gebruikt, een bijtelling moet doen. Met andere woorden, de totale huurlaten worden gecorrigeerd met een bijtelling die in de meeste gevallen gelijk is aan 1,4% van de woz-waarde van de woning.
Een voorbeeld.
Als de woz waarde van de woning € 250.000 bedraagt, de huurlasten € 7.800, en de werkruimte in totaal 20% van het totale woonoppervlakte van de woning, dan is een bedrag van € 7.800 – (1,4% van € 250.000= € 3.500) = € 4.300 aftrekbaar.
De keuze om het huurrecht tot het ondernemingsvermogen te rekenen moet gemaakt worden op het moment dat de werkruimte in gebruik wordt genomen en het gebruik meer dan 10% van de gehele woning is. Dit kan dus bijvoorbeeld zijn op het moment dat je als ondernemer start, of als je voorheen een werkruimte huurde buiten de eigen woning en daarmee stopt en vanuit huis gaat werken. Als je eenmaal de keuze hebt gemaakt om het huurrecht tot je ondernemingsvermogen te rekenen, dan kan hiervan alleen worden afgeweken indien er sprake is van een bijzondere omstandigheid. Als het gebruik structureel minder wordt dan 10% dan moet het huurrecht gekwalificeerd worden als privévermogen en vervalt de aftrekpost.
Wij krijgen vaak de vraag of het echt zo eenvoudig is om fiscaal voordeel te behalen. Ja en nee. Sommige zaken zijn door een oplettend administratie kantoor makkelijk voor u te tackelen. Andere zaken liggen wat genuanceerder en zijn vooral afhankelijk van uw specifieke situatie. Eén ding is wel zeker en makkelijk te realiseren. Door gezamenlijk pro actief en regelmatig uw financiën tegen het licht te houden kan het u niet ‘overkomen’ dat u fiscaal voordeel misloopt.
……. een goed advies levert u vele malen meer op dan het kost.